tomorrow, tomorrow, I’ll love you, tomorrow
Kitty_blog_tomorrowTomorrow

Date

Weet je, terwijl ik al begonnen was met schrijven van deze blog, gaat het in mijn hoofd opeens een hele andere kant op. Of eigenlijk komt er naar boven wat al een paar dagen suddert. Dus ik begin opnieuw. Want wat ik me nu, vandaag, maar eigenlijk überhaupt deze dagen hier bij SEIN, nog weer/meer besef: de woorden die je kiest en gebruikt maken een wereld van verschil. In je beleving en wat je voor elkaar krijgt. 

Ik begon deze blog eigenlijk zo:

“Tja, morgen is het zo ver, die verrekte EEG voor Nien. Oké, even opnieuw: morgen is het zo ver, Nien d’r EEG.”

Alleen dat al. Merk jij ook het verschil als je het leest? Een totaal andere vibe. Losgekoppeld van de eerdere ervaringen en zoveel mogelijk open voor deze nieuwe keer. Ik hoef het niet nu al in mijn hoofd hetzelfde te maken als de vorige keer. Sterker nog, het is beter om dat niet te doen. 😉 Dit is een nieuwe keer. Een nieuwe dag. Een nieuw moment. Nien is iets ouder en ervaart dingen anders. Misschien dit ding niet, maar dat weten we pas achteraf. En dat kunnen we pas echt zeggen als we er volledig OPEN instappen, zonder de ballast van de keren hiervoor.

Door de woorden anders te kiezen, begint de ervaring al anders.

Dit is Nien d’r EEG. Een nieuwe kans op inzicht op wat er allemaal in haar hoofd afspeelt. Waardoor we haar beter kunnen helpen. Het is een prachtkans! Nien kan dit. Ik kan dit. We zijn hier klaar voor. En vooral: we zijn samen. Ook als het mísschien (!) moeilijk wordt. Zoals Zoë zou zeggen: ‘Wij kunnen moeilijke dingen doen!’ Het zijn eigenlijk de vertaalde woorden van Glennon Doyle, maar hee… We really CAN do hard things! We geven ons eraan over en gaan samen vol vertrouwen dit nieuwe EEG-avontuur aan. 

Zo. De vibe voor morgen is effe neergezet. This is how we’re going to do it! 

Maar het gebruik van woorden valt me ook op bij de verpleging hier. Kijk, Nien heeft natuurlijk iedereens hart al veroverd, dat snap je. Ze is op dit moment de jongste op de afdeling, maar er lopen ook jongens van 12 en 14. Die hebben toch een heel andere benadering nodig. Leg je de nadruk op dat wat ze níet moeten doen of bevestig je en richt je je op ‘dat wat wel’?

Even een eigen voorbeeld (want ik wil en kan natuurlijk niet teveel delen van wat er hier bij anderen gebeurt!). Ik heb veel tegen Nien gezegd: ‘Nee, niet krabben, Nien!’. Dat kan ze namelijk als de beste, soms onverwacht uithalend als een kat. Vet irritant. Ik zeg nu steeds tegen haar: ‘Nien, het is echt liever en vriendelijker om te aaien in plaats van te krabben. Kijk zo.’ Dan pak ik haar hand vast en aai over mijn wang. Focus op dat WAT WEL.

Geldt ook voor mijzelf (en misschien wel voor jou :P). Niet: ‘Je moet meer NEE! leren zeggen!’ Nee (LOL): Waar ga je vaker JA! tegen zeggen? Welke energie wil je voeden? Waar richt je je aandacht op? En wat zeg je dan? Ik herinnerde me namelijk ook: als je zegt ‘Wat goed!’ of ‘Goed zo!’, wat zeg je dan eigenlijk? Helemaal niks! Want wát is er dan zo goed?! Voeg extra woorden toe. Krachtwoorden. ‘Wat doe je dat met AANDACHT’, ‘Goed VOLGEHOUDEN!’ of ‘Wat ZELFSTANDIG van je om alvast aan te kleden.’ Juist de toevoeging van die woorden maakt dat iets niet hol is en alleen maar ‘goed’.

Wat kunnen we toch veel doen met woorden.

Wat láten we toch veel door woorden. Of we maken – vaak onbewust – iets kapot, iets dat zoveel sterker had kunnen worden. Door de focus te veranderen van Dat-Wat-Niet naar Dat-Wat-Wel en door te benoemen wat je in iemand(s gedrag) ziet. Makkelijk? Nee zeker in het begin niet, omdat het vaak zo gewoon is om op die ene manier te denken en te praten. Het vraagt doorzettingsvermogen en een open blik. Om je eigen woorden te onderzoeken, die in je hoofd en die je uitspreekt. Helpen ze? Geven ze kracht? Of schoffel je jezelf of de ander eigenlijk onderuit? In dat laatste geval: wat een goed inzicht! Kun je het vanaf nu anders gaan doen.

Meer schrijfsels:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *