Pffff, ik vind het wel wat, deze hele situatie. Amper tijd voor mezelf. Voor eigen plannen. Werk. Laat staan voor ontspanning. Ik voel me niet gezien, noch gehoord. Alsof ik bij het meubilair hoor. De laatste dagen hangt er dan ook een donderwolk boven mijn hoofd. Net op het moment dat ik denk, het gaat wel weer, komt het in alle hevigheid weer opzetten. Dat wat je wegdrukt zonder aan te kijken, komt als een boemerang bij je terug. Pas als er ruimte is voor die gevoelens, lost het langzaam op.
Opeens was ‘ie er: de donderwolk.
’s Ochtends werd ik wakker met een hart overlopend van liefde. Echt, het was opvallend. Ik trok zelfs de kaart ‘LIEFDE’! Ergens is dat in de loop van de dag compleet weggevaagd. Opgelost. Verdwenen. Omgedraaid zelfs. Ik voelde me boos en geïrriteerd. Niet gezien, noch begrepen. Onbelangrijk. Mega stom vond ik dat. Nog steeds. Want het is al een paar dagen. Ik krijg mijn vinger er niet op waardoor die medaille opeens zo gedraaid is. Want dat is het: twee zijden van dezelfde medaille. En terwijl ik er nu over schrijf, begint er wat te dagen. Dat is dan ook hoe energie werkt. 😉 Over energie gesproken…
Vanmorgen dacht ik: ach het gaat wel weer.
Ik voelde wel de behoefte om weer een kaart te trekken. Terwijl ik schud valt er een kaart uit. Dat is altijd iets interessants, want juist díe kaart moet er op dat moment echt zijn. ‘Ze’ willen het niet aan het toeval overlaten, maar een duidelijk punt maken. Nou, wat denk je? De kaart ‘G*DVERDOMME. (Ja, ook dat is een kaart uit het deck van de Inner Compass Cards.) De beschrijving is spot on. Oké, ze hebben gelijk, het is er ook gewoon nog. Ik bén boos. Geïrriteerd. Ik voel me echt ongezien en onbelangrijk. Damn.
You can run but you cannot hide. Energy is always right. _ Kitty
Mijn lief is ondertussen boven aan het werk en ik ben beneden met de meisjes. Ik vertel Zoë (bijna 4) dat ik vandaag niet zoveel geduld heb als anders. Dat ik een beetje boos ben. Op mezelf en niet (per se) op haar of haar zusje. ‘Sorry als ik dus bozer reageer dan ik anders zou doen.’ Waarop zij zegt: ‘Je bent lief. Het is wel goed, mama.’
Boosheid eruit gooien is niet mijn sterkste punt.
Nog steeds redelijk beheerst gooi ik een paar uur later wat dingen op tafel bij mijn lief. (Niet letterlijk, had misschien wel meer ontladen 😉) Ongeveer tegelijkertijd help ik Zoë met aankleden nadat ze naar de wc is geweest. Ze heeft natuurlijk het een en ander meegekregen en terwijl ik gehurkt bij haar zit, zegt ze: ‘Mama kom eens hier. Hou me maar gewoon even vast.’ Ze geeft me een knuffel zoals ze dat nog nooit gedaan heeft. Troost zij mij nou?! Dat hoort toch niet, gaat er even door mijn hoofd. Toch geef ik toe aan het moment en – dat zal je vast begrijpen – de tranen rollen over mijn wangen. Wauw. ‘Het is goed, mama,’ en ze pakt me nog wat steviger vast. ‘Is dat een traan? Mama, huil je nou?’ ‘Ja lieverd. Maar het is goed. Dank je wel.’ Dan sta ik op en nestel me in de open, stevige armen van mijn lief. Snikkend. Ontlading. Smeltwater. Het harde ijs smelt. ‘Trooste zij mij nou? Dat is toch “verkeerd” om?’ ‘Tja, weet je, we zijn er allemaal voor elkaar. Wij dus ook voor jou.’ Ik voel me iets lichter. De donderwolk drijft verder weg.
Ik heb nog wel wat dingen aan te kijken.
Oude patronen, blokkades, niet helpende gedachtes. Juist nu, in deze hectische en bizarre tijd, komen die naar boven. Niet alleen bij mij, bij meer mensen om me heen. Nu de wereld – eindelijk! – langzamer gaat. We bewegen van het oude naar het nieuwe. Bevinden we ons in de tussentijd. Een pauze. Om te heroverwegen. Herdefiniëren. Van onszelf, onze gedachtes, onze normen en waarden. Not easy, vind ik. En tegelijkertijd zo nodig en helend – uiteindelijk. Toch? Of ervaar jij het heel anders? Ik hoor het graag van je. Samen zijn we namelijk sterker. Voelen we ons niet zo alleen.